Kutnacht

Gepubliceerd op 11 november 2025 om 10:05

Ik heb een godvergeten kutnacht achter de rug.

Geen gewone nacht, maar zo’n nacht waarin alles in je lijf besluit dat het weer oorlog is.

Alsof iemand het licht uitdoet en de hel opnieuw aansteekt.

Mijn hoofd, mijn huid, mijn adem, alles trilde van herinneringen die ik niet wilde.

Beelden kwamen terug met die kille helderheid die alleen trauma kent.

Ik hoorde weer stemmen die er niet waren, rook dingen die ik al jaren niet meer geroken had.

Zweet, angst, metaal.

Slapen ging niet, ontwaken nog minder. Tussen waken en droom zat geen grens meer. Ik lag daar als een lijf zonder tijd, en de nacht lachte me uit. Elke keer dat ik mijn ogen sloot, begon het opnieuw. Gezichten. Gegil. De geur van bloed. En dat gevoel van machteloosheid, dat verdomde gevoel dat je vastgenageld bent aan iets wat allang voorbij zou moeten zijn. Vanmorgen werd ik wakker zonder echt wakker te zijn.
Een herbeleving, zomaar, midden in het licht van de dag. Alsof mijn brein dacht: laten we nog even doorgaan, hij leeft nog. En ik stond daar, trillend, adem hoog, hart bonkend alsof ik moest vluchten uit mijn eigen huid. Ik kon niet eens douchen zonder dat mijn spieren het bevel gaven om te vechten. CPTSS, zeggen ze. Een aandoening. Een stoornis. Een fucking ziekte. Maar het voelt meer als een bezetenheid. Alsof iets zich ooit in mij heeft genesteld en weigert eruit te gaan. Ik heb ermee leren leven, zeggen ze. Maar eerlijk?

Soms wil ik gewoon gillen dat ik het beu ben om elke nacht opnieuw te overleven. CPTSS is geen schram in de ziel. Het is een molensteen om je nek terwijl je probeert te zwemmen. Het is wakker worden in een oorlog die niemand meer herkent behalve jij. Het is jezelf toespreken als een kind dat bang is in het donker, terwijl je weet dat het donker in jou zit. Het is dagenlang moe zijn van iets dat niet eens meer gebeurt. En toch gebeurt het, telkens weer. Vannacht was ik weer daar. Daar waar ik ooit kapot ging. Daar waar ik leerde dat angst een taal is die het lichaam nooit vergeet. En nu, uren later, voel ik nog steeds de restjes adrenaline branden. De stilte na de storm, maar dan zonder opluchting.

En het besef dat ik het weer heb overleefd.


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.