Geelgrijze paling

Gepubliceerd op 26 maart 2024 om 13:43

Janneke is een dame van 89 jaar.

Ze heeft de oorlog meegemaakt en heeft in het verzet gezeten. De psychiaters kunnen niet goed duiden wat Janneke heeft. Feit is dat ze slecht voor zichzelf en haar huis zorgt en geen hulp accepteert.
Hulpverleners zijn collaborateurs met de smeerlappen van de psychiatrie.

Karlijn en ik staan voor haar voordeur. Ons is gevraagd om een poging te wagen.
We bellen aan en een kranige strijdvaardige vrouw doet open. We stellen ons voor en vragen of we binnen mogen komen.
Dat mogen we niet. We willen nog wat verder praten maar we krijgen te horen dat ze het druk heeft en de deur gaat dicht. Een paar dagen later proberen we het weer. Tot onze verrassing wil ze dat alleen ik binnenkom want ze is aan het schoonmaken en er moet een kast van de muur af. Ik ga mee naar binnen, kijk naar de kast en alhoewel het makkelijk kan zeg dat ik dat niet alleen kan. Voor deze klus heb ik echt mijn collega nodig.
Het resultaat is een tirade dat we (de hulpverleners) watjes zijn, slappe zakken, hoererende vrouwen, impotente zakkenwassers…. Mijn reactie had moeten zijn dat ik haar hierop toespreek.
Wat er gebeurd is dat ik geheel onprofessioneel onbedaarlijk in de lach schiet. Hierop wordt ze nog bozer wat maakt dat ik nog harder moet lachen. Ze wil dat ik het huis uitga. Ik ga het huis uit.

Als ik bijgekomen ben leg ik Karlijn alles uit. We gaan naar kantoor om even te lunchen en rapport op te maken.
Onze manager roept ons en verteld dat Janneke heeft gebeld. Ze wil graag dat we terugkomen omdat ze nog nooit hulpverleners heeft meegemaakt die haar durfden uit te lachen. De rest spreekt haar alleen maar aan als een klein kind. Verbaasd kijken we elkaar aan. Na de lunch gaan we terug.  Nu worden we inderdaad binnengelaten.

We mogen zitten en krijgen gebak en thee aangeboden. En of we misschien een stukje paling lusten.
Onze richtlijn is om nooit drank of voedsel aan te nemen. Nu dus ook niet.

Het gesprek wat volgt is koetjes en kalfjes praat. Ik vraag of ik even naar het toilet mag.
Liever niet maar voor deze ene keer. Ik ga naar het toilet en moet via de keuken. Heel veel plastic zakken vol met voedsel ligt er in de keuken. Ik kijk snel in de koelkast. En doe deze snel weer dicht.
De geur van rot voedsel walmt eruit.

Het toilet ziet er spik en span uit. Als ik terug kom in de woonkamer verteld Karlijn dat mevrouw haar heeft toevertrouwd dat ze hulpverleners welke ze niet vertrouwd drank en/of voedsel aanbied wat niet zo goed meer is. Dan besluit ik direct open kaart te spelen en zeg dat ik haar keuken heb gezien en haar koelkast.

Ze is niet eens boos! Janneke geeft aan dat de koelkast voor haarzelf is en wat er buiten ligt voor bezoek.
We mogen samen met haar kijken. In de tassen liggen blauwe rookworsten, appelsap met een houdbaarheidsdatum van 4 jaar terug en zo nog meer. Alles is in originele verpakking. De koelkast gaat open en daar staat gebak met culturen erop waar een laboratorium jaloers op zou worden. Ook zien we vleeswaar met een slijmerig laagje. We zeggen dat het echt niet goed is. Vervolgens pakt ze het vlees, haalt een paar plakjes eraf en eet het smakelijk op. Niks mis mee hoor is het antwoord.
Deze vrouw leeft al tientallen jaren zo. Haar lichaam moet boordevol antistoffen zitten. 

Janneke is uiteindelijk 94 jaar oud geworden. Tijdens het boodschappen doen is ze op straat in elkaar gezakt.
Acute hartstilstand.

We hebben er nooit andere ondersteuning in kunnen krijgen. Het hoogste wat we hebben bereikt is dat het huis niet nog voller raakt.


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.